Over
De brouwkeet

Het verhaal van de Brouwkeet begon in een half vervallen garage naast een oude staalfabriek, aan de bewoonde wereld gekoppeld met twintig meter slang en een stroomkabel.

De primaire brouwsels ontstonden in geblutste ketels achter een waas van moutdamp maar de condens maakte het te nat onder de voeten: verhuizen dus. Van kot naar keet: de nieuwe locatie werd de garage. In iets minder geblutste ketels en propere opstelling waren we vertrokken voor een hele reeks nieuwe experimenten, hier en daar ook accidenten, maar het bier stroomde in de goede richting en er ontstonden vaste recepten. Het proeven werd plezanter. Maar voor een stabiel product is degelijk materiaal nodig, vandaar dus een upgrade naar een echte brouwerij op microschaal.

Zo is de Keet opengegaan, vergund en officieel in orde. In huis geïntegreerd, met ongeschreven akkoord van de brouwersvrouw. Onze locatie in Baasrode en de straatnaam brachten ons onvermijdelijk in het vaarwater van de scheepvaart. Maar de schepen en hun benamingen hebben ook veel te maken met een persoonlijke interesse van de brouwer zelf. Met de wind in de zeilen en steven vooruit: op naar een zee van goede brouwsels.

Voor ons geen platte commercie, maar een bier dat we zelf goed vinden en waar we honderd procent achter staan. Scheepsmaten, kom uw bak halen!
Keet [ke:t]

1 zn. ‘hut, loods’

Protogermaans *kaitō-. Kan verwant zijn met*kitjō-, waaruit: kitte ‘kruik, kan’,  of. kitzen, ketzen ‘klein aangebouwd vertrek’.

2 zn. ‘wanorde, lol’

In de Brouwkeet staan de beste stuurlui aan de ketel. En de brouwketel staat in de keet van de brouwer: de living. Living brews dus. En er is absoluut leven in de brouwerij: we laten ons leiden door goesting en smaak en komen met nieuwe en verrassende bieren op de proppen én de markt.

„“
We schoppen keet in het traditionele brouwlandschap. We varen niet op de golven van trends en commerce, maar met de wind van smaak en métier.

De brouwer over zichzelf

Toen ik een jaar of zes was, ben ik in contact gekomen met een niet nader genoemd tafelbier. Mijn grootmoeder uit Steenhuffel gaf me soms een glas op zondag, maar de smaak was flets en ik kon maar moeilijk begrijpen waarom volwassenen zo graag bier dronken. Door toevallig en veelvuldig contact met speciaalbieren ben ik daar vrij snel zelf achter gekomen en was de valse start snel vergeten. Het was tegelijk de aanzet om actief te worden in bierverenigingen, mee te werken aan proeverijen en bierfestivals, en daarvoor de nodige prospectie te doen.

Nadien werd ik ook nieuwsgierig naar de achtergrond van het brouwproces, dus heb ik me ingeschreven voor de opleiding technicus in fermentatieprocessen, waar het volle potentieel van een brouwketel me duidelijk geworden is. Ondertussen ben ik door een specifieke voorliefde voor geuze en lambik ook nog professioneel in een geuzestekerij beland, waar ik doorgedreven productkennis opgedaan heb door van alle vaten te proeven, buiten medeweten van mijn werkgevers, maar dat zullen ze niet erg vinden. Het uiteindelijke gevolg van al dat proeven is de Brouwkeet.      

Nicolas Vermeren Brouwkeet

Nicolas Vermeren